
verzuim
Wanneer een van partijen een overeenkomst niet op juiste wijze nakomt, heeft de andere partij de mogelijkheid om de overeenkomst te ontbinden. Dat kan in beginsel alleen als er sprake is van verzuim. In deze blog leg ik uit wanneer daarvan sprake is, en welke andere eisen er gelden bij ontbinding van een overeenkomst.
Ontbinding van een overeenkomst
Op grond van de wet geeft iedere tekortkoming van een partij in de nakoming van een van haar verbintenissen, aan de wederpartij de bevoegdheid om de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden. Je mag echter in de regel pas ontbinden, wanneer de andere partij in verzuim is.
Het gevolg van ontbinding is dat de partijen de ontvangen prestaties ongedaan moeten maken. Ook kan er schadevergoeding gevorderd worden.
In een overeenkomst kunnen partijen hierover andere afspraken maken.
Verzuim: hoofdregel is ingebrekestelling
Als hoofdregel geldt dat verzuim intreedt als de schuldenaar in gebreke wordt gesteld via een schriftelijke aanmaning waarbij hem een redelijke termijn wordt gesteld om alsnog na te komen en nakoming binnen die termijn vervolgens uitblijft. Dit is een ingebrekestelling. Er moet dus een schriftelijk bericht zijn, waarin wordt aangemaand en een termijn wordt genoemd voor nakoming. Een brief waarin alleen ongenoegen wordt geuit over de gang van zaken is dus niet voldoende.
Verzuim zonder ingebrekestelling: fatale termijn
De wet geeft een aantal situaties waarin verzuim ook kan optreden zonder het sturen van een ingebrekestelling.
Een van die situaties is wanneer een voor de voldoening bepaalde termijn verstrijkt zonder dat de verbintenis is nagekomen. Uit het arrest van de Hoge Raad van 4 oktober 2002 volgt dat deze bepaalde termijn tussen partijen moet zijn overeengekomen, of op grond van de redelijkheid en billijkheid voortvloeit uit de aard van de overeenkomst in verband met de omstandigheden van het geval.
In deze situatie moet er dus tussen partijen een fatale termijn zijn afgesproken. Een afgegeven tijdsplanning of streefdatum is niet voldoende. Er moet een duidelijk bindende fatale termijn zijn afgesproken.
Verzuim zonder ingebrekestelling: mededeling
Een andere situatie waarbij er sprake is van verzuim zonder ingebrekestelling, is in het geval er een mededeling is gedaan door de andere partij waaruit je mocht afleiden dat die in de nakoming van de verbintenis zou tekortschieten. Daarvan is pas sprake als de schuldeiser ‘redelijkerwijs niet anders kan’ dan afleiden dat de schuldenaar in de nakoming van de verbintenis zal tekortschieten. Uit het arrest van de Hoge Raad van 31 januari 2020 kan worden afgeleid dat daarvan niet snel sprake is. De mededeling van de schuldenaar moet zodanig duidelijk zijn dat de schuldeiser redelijkerwijs niet anders kan, dan afleiden dat de schuldenaar zal tekortschieten, zeker als er geen fatale termijn is overeengekomen.
Indien geen verzuim: geen ontbinding
Wanneer er geen sprake is van verzuim, heb je geen bevoegdheid om een overeenkomst te ontbinden. Dit kan verstrekkende gevolgen hebben. Dit werd duidelijk in een uitspraak van 11 oktober 2023 bij de rechtbank Zeeland-West-Brabant.
Het betrof daar een aannemingsovereenkomst voor verbouwingswerkzaamheden van ongeveer € 25.000,-. Er ontstond discussie over de door de aannemer uitgevoerde werkzaamheden. De opdrachtgever heeft uiteindelijk de aannemingsovereenkomst buitengerechtelijk ontbonden en vorderde een schadevergoeding van bijna € 50.000,-.
De rechtbank concludeerde dat er geen deugdelijke ingebrekestelling was gestuurd door de opdrachtgever. Ook was er geen fatale opleveringstermijn overeengekomen. Evenmin was er sprake van een mededeling van de aannemer, waaruit de opdrachtgever mocht afleiden dat de aannemer niet meer zou nakomen. De opdrachtgever had de overeenkomst dus onterecht ontbonden, en geen recht op schadevergoeding.
Geen ontbinding bij beperkte tekortkoming
Zoals aangegeven moet er dus sprake zijn van verzuim, voordat je een overeenkomst kunt ontbinden. Maar zelfs als er sprake is van verzuim, is ontbinding van een overeenkomst niet altijd toegestaan. Ontbinding van een overeenkomst mag niet wanneer de tekortkoming, gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis, deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt. Daarbij spelen alle omstandigheden van het geval een rol. De tekortkoming moet dus van voldoende gewicht zijn. De tekortkoming moet in voldoende verhouding staan tot ontbinding van de overeenkomst met alle bijkomende gevolgen zoals ongedaanmakingsverplichtingen en schadevergoeding.
Ook dit aspect moet je dus goed in de gaten houden. In een zaak die speelde bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden kwam dit een aannemer duur te staan.
In die zaak had de aannemer de aannemingsovereenkomst gedeeltelijk ontbonden omdat de opdrachtgever de laatste termijn niet betaalde en er bij de aannemer ergernis was ontstaan over de houding en het gedrag van de opdrachtgever. Die stelde de kwaliteit van het werk ter discussie. De aannemer staakte door de ontbinding de verdere werkzaamheden.
Het Hof komt tot de conclusie dat de opdrachtgever vanwege de discussie over de kwaliteit van het werk, terecht de factuur mocht opschorten. Bovendien leverde de geringe hoogte van de laatste factuur in relatie tot de overeengekomen totaalprijs, onvoldoende grond voor ontbinding op. Van een professioneel aannemer wordt verwacht dat hij tijdig met de opdrachtgever het overleg zoekt en niet zomaar de stekker er uit haalt. Hiermee had de aannemer de belangen van de opdrachtgever in hoge mate veronachtzaamd. De aannemer werd veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van bijna € 60.000,- aan de opdrachtgever!
Conclusie
Wanneer er kinken in de kabel komen bij de uitvoering van een overeenkomst, is het verstandig om daarover vroegtijdig met elkaar in gesprek te gaan. Mogelijk dat dit al tot een oplossing leidt. Lukt dat niet, dan moet je zorgen voor een deugdelijke ingebrekestelling om te zorgen dat de andere partij in verzuim komt. Wanneer er sprake is van een ondeugdelijke ingebrekestelling, kun je je rechten verspelen! En zelfs als er sprake is van verzuim, kun je een overeenkomst niet altijd ontbinden. De ontbinding moet gerechtvaardigd zijn.

Maartje van den Berg
De wet geeft dus behoorlijk wat spelregels die je moet naleven om je rechten op juiste wijze te kunnen uitoefenen. Mocht u advies willen over de vraag wat de mogelijkheden zijn wanneer een overeenkomst niet op juiste wijze wordt nagekomen (of dit nu een aannemingsovereenkomst of een andere overeenkomst is), dan help ik u graag om uw juridische positie te bepalen. Ook bij andere vragen die te maken hebben met onroerend goed of contractenrecht kunt u bij mij terecht via: Advocaten van Waerde in Amersfoort, telefoon 033 820 03 88 / 06- 21 51 59 65 of e-mail info@advocaten-van-waerde.nl.