Hoe zat het ook alweer met de vakantiedagen? Hoeveel dagen bouw je op? Wat zijn de verplichtingen van de werkgever en de werknemer? In deze blog zal ik antwoord geven op deze vragen.
De opbouw van vakantiedagen
Een werknemer heeft aanspraak op vakantie van tenminste 4x de overeengekomen arbeidsduur per week. Wanneer je bijvoorbeeld 40 uur per week werkt, dan heb je minimaal recht op 4 x 40 uur = 160 uur vakantie. Dit komt overeen met 20 dagen en zijn de wettelijke vakantiedagen. Alle vakantiedagen hierboven zijn de bovenwettelijke vakantiedagen.
Het genieten van vakantiedagen
De werkgever is verplicht om de werknemer met vakantie te laten gaan. De werkgever stelt de vakantie vast conform de wensen van de werknemer. Dit is anders als er gewichtige redenen zijn, die zich hiertegen verzetten. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de voortgang van de onderneming. Het belangrijkste om te onthouden, is het volgende. Er moet toestemming worden gevraagd en gegeven om met vakantie te gaan. Het is niet toegestaan om zonder toestemming op vakantie gaan. Dit zou werkweigering zijn en een mogelijke reden voor ontslag op staande voet.
De verjaring
Wat gebeurt er met de dagen van 2019 als deze niet gebruikt worden? De wettelijke vakantiedagen moeten uiterlijk voor 1 juli 2020 genoten zijn, want anders vervallen ze. De bovenwettelijke vakantiedagen vervallen pas na 5 jaar. Om benadeling van de werknemer te voorkomen, geldt het volgende uitgangspunt. Wanneer er zowel wettelijke als bovenwettelijke dagen over zijn, dan moet de werkgever bij het toestaan van vakantie in 2020 eerst de wettelijke dagen van 2019 aanspreken.
Het einde van het dienstverband en vakantiedagen
Wat gebeurt er met de vakantiedagen, die over zijn bij het einde van het dienstverband? Is de werkgever verplicht om de werknemer deze allemaal te laten opnemen? In beginsel niet. Ook bij het einde van het dienstverband geldt de hoofdregel. De werkgever moet toestemming geven om vakantie op te nemen. Mocht het binnen de organisatie niet passen om vrij te nemen, dan zal de werknemer moeten blijven werken. Dit geldt ook als het dienstverband bijna eindigt. De opgebouwde doch niet genoten vakantiedagen worden dan bij de eindafrekening uitgekeerd.
Conclusie
De werknemer heeft recht op vakantie. De werkgever moet de werknemer ook de gelegenheid geven met vakantie te gaan. De werknemer moet wel expliciet toestemming krijgen van de werkgever. De werkgever mag kijken naar de voortgang van de onderneming bij het vaststellen van de vakantie. Hij hoeft dus niet direct in te stemmen met het voorstel van de werknemer.
Heeft u vragen over vakantiedagen, dan kunt contact opnemen met Advocaten van Waerde: telefoon 033-820 03 88 of email info@advocaten-van-waerde.nl